All official European Union website addresses are in the europa.eu domain.
See all EU institutions and bodiesLanden van de regio
Het Atlantische samenwerkingsgebied omvat de landen van het westelijke deel van Europa die grenzen aan de Atlantische Oceaan. Het samenwerkingsgebied 2021-2027 omvat het grondgebied van het vorige Interreg-programma (kustgebieden van Portugal, Spanje, Frankrijk, Ierland, de autonome gemeenschap Canarische Eilanden), met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk*. Bovendien omvat het twee extra regio's van Spanje (Andalusië en la Rioja). Een kaart met de oude en nieuwe grenzen is hier te zien.
* Vanaf de inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord van het Verenigd Koninkrijk op 1 februari 2020 wordt de inhoud van het Verenigd Koninkrijk niet langer bijgewerkt op deze website.
Beleidskader
1. Programma voor transnationale samenwerking
Het Interreg VI B-programma voor het Atlantische gebied (2021-2027), dat op 8 september 2022 formeel door de Europese Commissie is goedgekeurd, hernieuwt de verbintenis met de Atlantische regio’s ter ondersteuning van innovatieve initiatieven die bijdragen tot de groei van dit gebied, het oplossen van gemeenschappelijke uitdagingen over de grenzen heen door de uitvoering van gezamenlijke acties, de uitwisseling van goede praktijken en de bijdrage aan nieuw of huidig beleid. Het stelt vier prioriteiten vast:
- Blauwe innovatie en concurrentievermogen (“Smarter Europa”)
- Blauw en groen milieu (“Groener Europa”)
- Blauw duurzaam toerisme en blauwe cultuur (“Sociaal Europa”)
- Een betere governance voor samenwerking (“Interreg-doelstelling”)
Aanpassing aan de klimaatverandering wordt specifiek overwogen in het kader van prioriteit 2 en met de specifieke doelstelling: “Bevordering van de aanpassing aan de klimaatverandering en rampenrisicopreventie, veerkracht, rekening houdend met ecosysteemgerichte benaderingen”. De specifieke doelstelling draagt ook bij tot de strategie voor het Atlantische zeegebied door de acties te ondersteunen die zijn opgenomen in pijler IV van het Atlantisch actieplan 2.0 (zie deel 2 van deze pagina, Macroregiostrategieën). Het programma zal naar verwachting leiden tot een grotere capaciteit om risico's vast te stellen, te voorkomen en te beheren, met een grotere betrokkenheid van burgers en overheidsinstanties en een versterkt governancekader. Aangezien het samenwerkingsgebied een groot percentage kust- en kustgebieden omvat, wordt in het programma bijzondere aandacht besteed aan kust- en maritieme risico’s, met acties om de veerkracht van kustgebieden en de innovatie van de blauwe economie te versterken. Aanpassing wordt immers ook bereikt door middel van prioriteit 1 (blauwe innovatie en concurrentievermogen) door de innovatiecapaciteit en digitalisering te vergroten. Bovendien wordt aanpassing aan de klimaatverandering ook genoemd in prioriteit 3 (om blauw duurzaam toerisme te ontwikkelen) en prioriteit 4, als transversale kwestie, aangezien aanpassing waarschijnlijk baat zal hebben bij multilevel governance en transnationale benaderingen.
Het vorige Interreg V B-programma voor het Atlantische gebied (2014-2020) was gericht op de uitvoering van oplossingen voor regionale uitdagingen op het gebied van innovatie, efficiënt gebruik van hulpbronnen, milieu en culturele troeven, om een betere levenskwaliteit op het grondgebied van het Atlantische gebied mogelijk te maken.
Aanpassing aan de klimaatverandering werd behandeld in prioriteit 3 (stimulering van innovatie en concurrentievermogen) en de daarmee verband houdende doelstelling 3.1 “Versterking van risicobeheersingssystemen”. De resultaten van het programma omvatten een betere samenwerking die bijdraagt tot het verminderen van risico’s en de gevolgen daarvan en tot het versterken van de veiligheid van de bevolking en het milieu, door de veerkracht en planningscapaciteit van de Atlantische regio’s op lokaal en regionaal niveau te versterken.
2. Macroregionale strategieën
Hoewel er nog geen echte macroregionale strategie is ontwikkeld, fungeert de maritieme strategie voor het Atlantische Oceaangebied als kader voor transnationale economische en sociale samenwerking. De strategie heeft betrekking op de kusten, territoriale wateren en jurisdictiewateren van de EU-lidstaten met een Atlantische kustlijn, hun ultraperifere gebieden en internationale wateren. Het Atlantisch actieplan 2013-2020, dat de strategie vergezelt, is in 2017 tussentijds geëvalueerd en heeft geleid tot de vaststelling van een herzien Atlantisch actieplan 2.0. De belangrijkste doelstelling ervan is het potentieel van de blauwe economie in het Atlantische gebied te ontsluiten en tegelijkertijd de mariene ecosystemen in stand te houden en bij te dragen tot de aanpassing aan en mitigatie van de klimaatverandering. In het actieplan wordt erkend dat de blauwe economie kan bijdragen tot het verlichten van de klimaatverandering door op de natuur gebaseerde oplossingen te bevorderen en het duurzame gebruik van aquatische en mariene hulpbronnen te verbeteren. Aanpassing aan de klimaatverandering komt specifiek aan bod in pijler 2 van het actieplan: “Gezonde oceaan en veerkrachtige kusten” en door doelstelling 6: “Versterking van de veerkracht van de kustgebieden”.
De Commissie voor de Atlantische boog in het kader van de Conferentie van perifere maritieme regio's (CPMR) bestrijkt de meeste regio's die deelnemen aan het Atlantische gebied. De werkzaamheden van de Commissie voor de Atlantische boog bevorderen de coördinatie tussen het Europese, nationale en regionale niveau en bevorderen de uitvoering van het Europese beleid in het gebied van de Atlantische boog. De taskforce Atlantische strategie van de Commissie beïnvloedt de strategische oriëntatie van de maritieme strategie van het Atlantische gebied, ziet toe op de uitvoering ervan in de gebieden en draagt bij tot de herziening van haar actieplan.
De taskforce voor het verkennen van een Atlantische macroregio biedt de Atlantische regio's de gelegenheid om de mogelijkheden van een macroregionale strategie in de Atlantische Oceaan te verkennen. De noodzaak om de duurzaamheidsdimensie van aanpassingsmaatregelen in het Atlantische gebied te stimuleren, met name in kustgebieden, waar risico’s heersen, wordt benadrukt in de politieke verklaring van 2021, die is goedgekeurd door de regio’s van de lidstaten van de Atlantische boog.
3. Internationale verdragen en andere samenwerkingsinitiatieven
Het OSPAR-Verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan bestrijkt een groter gebied dan de transnationale regio van het Atlantische gebied van de EU, met inbegrip van drie andere Atlantische regio’s (Keltische Zee, Golf van Biskaje en Iberische kust, en Bredere Atlantische Oceaan), waaronder ook twee andere regio’s: Arctische wateren en de Grote Noordzee. Vijftien regeringen van het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de EU maken deel uit van het OSPAR-verdrag. In het kader van het OSPAR-verdrag wordt klimaatverandering (en verzuring van de oceanen) aangepakt als een transversaal probleem op het gebied van het genereren van kennis, het monitoren van effecten en het ontwerpen van beheersopties, met als doel de veerkracht van ecosystemen te vergroten. In 2019 heeft OSPAR een intersessionele correspondentiegroep voor verzuring van de oceanen (ICG-OA) opgericht.
4. Aanpassingsstrategieën en -plannen
De milieustrategie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (NEAES) 2030 voor het decennium 2010-2030 is op 1 oktober 2021 goedgekeurd door middel van een evaluatie op hoog niveau van de vorige strategie van OSPAR. Hoewel het geen strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering is, is de visie van de strategie om een schone, gezonde en biologisch diverse Noordoost-Atlantische Oceaan tot stand te brengen, die productief is, duurzaam wordt gebruikt en bestand is tegen klimaatverandering en verzuring van de oceaan. Vier strategische doelstellingen hebben betrekking op klimaatverandering en hebben betrekking op het thema veerkracht (strategische doelstelling 5), bewustmaking (strategische doelstelling 10), aanpassing (strategische doelstelling 11) en mitigatie (strategische doelstelling 12). De verdragsluitende partijen zijn overeengekomen de NEAES-strategie voor 2030 ten uitvoer te leggen door middel van een uitvoeringsplan. Het uitvoeringsplan wordt aangevuld met het OSPAR-programma voor maatregelen en acties,eenoverkoepelend en integrerend instrument om planning en ontwikkeling te ondersteunen en de voortgang bij de uitvoering van maatregelen en acties te volgen. Om de zeeën weerbaar te maken tegen klimaatverandering en verzuring van de oceanen, zal OSPAR verschillende initiatieven uitvoeren om de huidige en verwachte effecten te monitoren, te beoordelen en erop te reageren, en ook een regionale aanpak ontwikkelen voor de toepassing van op de natuur gebaseerde oplossingen voor koolstofopslag en klimaatbestendigheid.
5. Voorbeelden van projecten die in de periode 2014-2020 zijn gefinancierd
Voorbeelden van projecten die in het kader van het programma voor het Atlantische gebied 2014-2020 worden gefinancierd, worden hieronder vermeld.
Het MyCOAST-project (Coordinated Atlantic Coastal Operational Oceanographic Observatory) (2017-2021) heeft een transnationaal perspectief versterkt voor de instrumenten voor monitotoring en prognose van kustgebieden. De acties op het gebied van gegevensbeheer bevorderen open en vrije informatie-uitwisseling en interoperabiliteit tussen kustwaarnemingsposten en de gemeenschappelijke Europese gegevenssystemen (EMODnet, Copernicus INSTAC, SeaDataNet). De instrumenten voor risicobeheer werden gezamenlijk ontwikkeld en gevalideerd. De belangrijkste actoren die betrokken zijn bij het beheer en de preventie van kustrisico's hebben deze ontwikkeling ondersteund, samen met de belangrijkste actoren die verantwoordelijk zijn voor het beheer van waterkwaliteitskwesties en met degenen die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de maritieme veiligheid en de respons op verontreinigingsincidenten.
Bovendien ondersteunt het project het vergroten van het bewustzijn van deze risico's in het Atlantische gebied en helpt het bij het identificeren en bevorderen van kansen voor de particuliere sector, bijvoorbeeld met betrekking tot leveranciers van aquacultuur, scheepvaart en windenergie.
Het project PRIMROSE (Predicting risk and impact of harmful events on the aquaculture sector) (2017-2020) leverde kennis op voor het beheersen van risico's. Die risico’s houden onder meer verband met klimaatgevaren voor de aquacultuursector, waardoor een systeem ontstaat voor transnationale risicoprognoses op korte tot middellange termijn en een langetermijnbeoordeling van de klimaateffecten op schadelijke algenbloei en ziekteverwekkers. Het project leverde een webportaal op dat helpt bij het voorspellen van het risico en de impact van schadelijke algenbloei, wat een belangrijk instrument is voor de Europese aquacultuursector. De 10 projectpartners omvatten academische onderzoeksorganisaties in alle vijf landen die deelnemen aan het programma voor het Atlantische gebied en vertegenwoordigers van de visserij- en aquacultuursector in het Verenigd Koninkrijk en Spanje. Hoewel aanpassing niet expliciet wordt aangepakt, is klimaatverandering een van de factoren die de mariene ecosystemen onder druk zetten, wat ook wordt beschouwd als een uitdaging voor invasieve soorten.
Het project Risk-AquaSoil (Atlantisch risicobeheerplan voor water en bodem) (2017-2019) had tot doel een alomvattend beheersplan en een gezamenlijk initiatief voor klimaatrisico’s in verband met bodem en water vast te stellen om de veerkracht van de Atlantische plattelandsgebieden te verbeteren. Het beheersplan omvat het ontwerp van diensten voor vroegtijdige waarschuwing en diagnose. Het omvat ook de ontwikkeling en het testen van innovatieve strategieën (proefacties) voor een beter bodem- en waterbeheer, rekening houdend met de risico’s van klimaatverandering. Belanghebbenden en lokale gemeenschappen waren betrokken bij opleiding en capaciteitsopbouw, risicobeheer en schadevergoedingssystemen.
Language preference detected
Do you want to see the page translated into ?