eea flag

Landen van de regio

Het samenwerkingsgebied van de Noordzeeregio (NSR) omvat gebieden in Noord-Europa die gesloten zijn voor de Noordzee. Alle deelnemende regio's grenzen aan mariene wateren en veel daarvan zijn kustgebieden. Het samenwerkingsgebied van het Interreg-programma 2021-2027 strekt zich uit van de kustgebieden van Noord-Frankrijk tot de zuidelijke delen van Noorwegen en geselecteerde regio’s van Zweden. Vergeleken met de vorige programmeringsperiode (2014-2020) zijn er belangrijke veranderingen:  de uitsluiting van het hele Verenigd Koninkrijk* en van de meest noordelijke provincies van Noorwegen (deze laatste zijn nu opgenomen in de noordelijke periferie en het noordpoolgebied), de opname van Frankrijk als nieuwe partnerland en de uitbreiding tot het hele grondgebied van Nederland en Vlaanderen. Een kaart waarin de oude en de nieuwe grenzen worden vergeleken, is hier te zien.

*Vanaf de inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord van het Verenigd Koninkrijk op 1 februari 2020 wordt de inhoud uit het Verenigd Koninkrijk niet langer bijgewerkt op deze website

Beleidskader

1.     Programma voor transnationale samenwerking

Om beleid op EU-niveau te ondersteunen, regionale uitdagingen en sterke punten aan te pakken en lering te trekken uit de vorige programmeringsperiode, is het Interreg VI B-programma voor de Noordzee (2021-2027) gebaseerd op vier thematische prioriteiten:

  • Prioriteit 1: Robuuste en slimme economieën in de Noordzeeregio
  • Prioriteit 2: Een groene transitie in de Noordzee
  • Prioriteit 3: Een klimaatbestendige Noordzeeregio
  • Prioriteit 4: Beter bestuur in de Noordzeeregio

De aanpassing aan de klimaatverandering wordt met name aangepakt in het kader van prioriteit 3. Het is gericht op het ontwikkelen van een langetermijnperspectief om het natuurlijke milieu van de Noordzeeregio in stand te houden en samenlevingen te beschermen tegen de negatieve gevolgen van klimaatverandering. Projecten in het kader van deze prioriteit zullen bijdragen tot praktijken voor aanpassing aan de klimaatverandering, met name om de specifieke doelstelling (SO) 3.1 te verwezenlijken: “Bevordering van de aanpassing aan de klimaatverandering en rampenrisicopreventie, veerkracht, rekening houdend met ecosysteemgerichte benaderingen”. De aanpassing aan de klimaatverandering wordt geacht strikt verband te houden met duurzaam waterbeheer in de Noordzeeregio.  Beide kwesties moeten gezamenlijk worden aangepakt in het Noordzeeprogramma.

In het vorige programma (2014-2020) werd klimaatverandering al erkend als een van de ernstigste bedreigingen voor de NSR-ecosystemen. De aanpassing aan de klimaatverandering werd uitdrukkelijk in aanmerking genomen in het kader van prioriteit 3 (Duurzame Noordzeeregio). Het ondersteunde de financiering van projecten die de klimaatveerkracht in de regio katalyseerden.

2.     Internationale verdragen en andere samenwerkingsinitiatieven

Het Ospar-verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan omvat de Noordzee in ruimere zin (regio II volgens de Ospar-definitie) die deel uitmaakt van het gehele noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan als omschreven in dit verdrag. In het kader van het OSPAR-verdrag wordt klimaatverandering (en verzuring van de oceanen) aangepakt als een horizontaal probleem, dat gericht is op het vergroten van de veerkracht van ecosystemen. Het omvat de voorwaarden voor het genereren van kennis, het monitoren van effecten en het ontwerpen van beheersopties.

Nederland, Duitsland en Denemarken hebben een samenwerkingsinitiatief ontwikkeld voor de bescherming van de Waddenzee. De Waddenzee is een gebied langs de Noordzeekusten van de drie landen, dat een breed getijdengebied omvat met karakteristieke natuurlijke habitat. De Trilaterale Waddenzeesamenwerking is gebaseerd op een intentieverklaring, de “Gemeenschappelijkeverklaring inzake de bescherming van de Waddenzee (Samenwerken om huidige en toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden), die in 1982 voor het eerst werd ondertekend en in 2010 werd geactualiseerd. De doelstellingen en samenwerkingsgebieden omvatten het aanpassingsvermogen aan de klimaatverandering en andere gevolgen. De in 2018 ondertekende Verklaring van Leeuwarden bevat belangrijke punten voor de periode 2018-2022 van de Trilaterale Samenwerking. Het versterkt de noodzaak om door te gaan met de uitvoering van de trilaterale strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering en om een beter inzicht te krijgen in de gevolgen van de klimaatverandering voor het ecosysteem van de Waddenzee.

De Noordzeecommissie in het kader van de Conferentie van perifere maritieme regio's is een samenwerkingsinitiatief dat tot doel heeft de Noordzeeregio als belangrijke economische entiteit binnen Europa te promoten en meer bekendheid te geven. Het is een platform voor het ontwikkelen en verkrijgen van financiering voor gezamenlijke ontwikkelingsinitiatieven en lobby's voor een betere Noordzeeregio. De werkgroep Energie en Klimaatverandering ondersteunt het uitvoerend comité van het NSC bij de uitvoering van het prioriteitsgebied Klimaatneutrale Noordzeeregio van de strategie Noordzeeregio 2030. De groep richt zich ook op de aanpassing aan de klimaatverandering in de richting van de doelstelling voor 2030 om de Noordzeeregio “klimaatbestendig, aanpasbaar en veerkrachtig aan de klimaatverandering” te maken. De groep hechtte haar goedkeuring aan het verslag van deCommissie aanpassing aan de klimaatverandering en de Noordzee(2020) met een meer gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop een staat van klimaatveerkracht in de Noordzeeregio kan worden bereikt.

3.     Aanpassingsstrategieën en -plannen

De Noordzeecommissie (NSC) heeft in het kader van de Conferentie van perifere maritieme regio’s (CPMR) de Noordzeeregio 2030-strategieontwikkeld  die in de plaats is gekomen van de vorige 2020-strategie. Binnen de prioriteit “Een klimaatneutrale Noordzeeregio” wordt in de strategie de aanpassing aan de klimaatverandering aangemerkt als een van de belangrijkste thema’s om de visie van een (klimaat)veerkrachtige en aangepaste Noordzeeregio te verwezenlijken. De strategie stimuleert de intensivering van de inspanningen op het gebied van aanpassing aan de klimaatverandering op lokaal, regionaal en nationaal niveau. In het kader van dit onderwerp zullen de NSC-leden financiering, projectkansen en beste praktijken delen om een sociaal rechtvaardige en rechtvaardige transitie te bevorderen. De strategie wordt uitgevoerd door het uitvoerend comité van het NSC. Het wordt ondersteund door de thematische werkgroepen van het NSC door middel van halfjaarlijkse actieplannen.

In 2014 heeft de Trilaterale Waddenzeesamenwerking een trilaterale strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering (CCAS)aangenomen met zeven strategische doelstellingen en leidende beginselen. De strategie heeft tot doel het ecosysteem van de Waddenzee weerbaarder te maken tegen de gevolgen van klimaatverandering. De taakgroep Klimaat (TG-C) is belast met het toezicht op de uitvoering van de strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering. De uitvoering van de strategie is in 2017 geëvalueerd in een CCAS-monitoringverslag. Hieruit bleek dat de zeven principes worden toegepast in een breed scala aan projecten en beleidsmaatregelen in het trilaterale Waddenzeegebied.

In het kader van het OSPAR-verdrag is in 2021 de milieustrategie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (NEAES) 2030 vastgesteld, op basis van een evaluatie op hoog niveau van de vorige strategie van OSPAR voor het decennium 2010-2020. Hoewel het geen strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering is, is de visie van de strategie om te komen tot een schone, gezonde en biologisch diverse Noordoost-Atlantische Oceaan, die productief is, duurzaam wordt gebruikt en bestand is tegen klimaatverandering en verzuring van de oceanen. Vier strategische doelstellingen hebben betrekking op klimaatverandering: aandacht voor het thema veerkracht (strategische doelstelling 5), bewustzijn (strategische doelstelling 10), aanpassing (strategische doelstelling 11) en mitigatie (strategische doelstelling 12). De verdragsluitende partijen zijn een uitvoeringsplan overeengekomen dat specifieke taken bevat om de doelstellingen van de strategieën te verwezenlijken.

Voorbeelden van projecten die in de periode 2014-2020 zijn gefinancierd.

Projecten op het gebied van klimaatverandering werden voornamelijk gefinancierd in het kader van prioriteit 3 van het Noordzeeprogramma 2014-2020 (Duurzame Noordzeeregio: Bescherming tegen klimaatverandering en behoud van het milieu). Voor de volgende periode (2021-2027) lopen er enkele nieuwe projecten, zoals Blue transition e MANABAS COAST.

Voltooide projecten hadden voornamelijk betrekking op de bestendigheid van kustgebieden tegen erosie en overstromingen, watergevoelig stedelijk ontwerp en duurzaam waterbeheer, met de nadruk op proefprojecten, demonstraties en proeven. Enkele voorbeelden vindt u hieronder.

Het project BwN (Building with Nature) (2015-2020) heeft tot doel kusten, estuaria en stroomgebieden van de Noordzeeregio beter aan te passen en weerbaarder te maken tegen de gevolgen van klimaatverandering door gebruik te maken van op de natuur gebaseerde oplossingen (NbS). NbS wordt geïmplementeerd op zeven kustlocaties (bijvoorbeeld zandsuppletie aan de Noordzeekust en Waddeneilanden) en op zes stroomgebieden (bijvoorbeeld voor rivierherstel). Het BwN-project gebruikt deze levende laboratoria als voorbeelden voor het creëren van een empirische basis voor het selecteren van locaties, het ontwerpen van maatregelen en het berekenen van de kosten, baten en effectiviteit van op de natuur gebaseerde maatregelen met het oog op het uiteindelijk genereren van business cases. Het Gemeenschappelijk Waddenzeesecretariaat was partner in het project Building with Nature en zorgde voor de kennisuitwisseling tussen de trilaterale Task Group Climate (TG-C) en projectpartners. Ter ondersteuning van de empirische onderbouwing van best practices voor Building with Nature-activiteiten is een informatieplatform voor aanpassing aan de klimaatverandering in de Waddenzee ontwikkeld. Het omvat trilateraal beleid en beheer, beste praktijken, monitoring en beoordeling, en activiteiten op het gebied van communicatie en onderwijs.

Het FAIR-project (Flood Infrastructure Asset Management and Investment in Renovation, Adaptation and Maintenance) (2015-2020) had tot doel het overstromingsrisico in de Noordzeeregio te verminderen door oplossingen voor aanpassing aan de klimaatverandering te demonstreren om de prestaties van infrastructuur voor overstromingsbescherming te verbeteren. FAIR voorzag in verbeterde benaderingen voor kosteneffectieve modernisering en onderhoud van dergelijke infrastructuur, optimalisering van investeringen en toepassing van adaptieve en innovatieve technische ontwerpen. Het project ontwikkelde aanpassingsoplossingen voor dijken, sluizen, dammen en overstromingspoorten op geselecteerde locaties in België, Duitsland, Denemarken, Zweden, Noorwegen en Nederland.

Het FRAMES-project (Flood resilient areas by multi-layer safety) (2016-2020) was gericht op het vergroten van de veerkracht van regio's en gemeenschappen door te werken met het concept Multi-Layer Safety (MLS). Verschillende “lagen” van veerkracht (preventie, ruimtelijke aanpassing, noodrespons en herstel) worden geïntegreerd om te resulteren in: 1) overstromingsbestendige gebieden (verbeterde infrastructuur en ruimtelijke ordeningsmaatregelen), 2) overstromingsbestendige gemeenschappen (beter voorbereide inwoners en maatschappelijke belanghebbenden) en 3) overstromingsbestendige autoriteiten (verkorte hersteltijden en grotere responscapaciteit). Het project werkte op 16 proefgebieden door middel van een transnationale leerevaluatiebenadering. Hierdoor konden nieuwe inzichten worden gegenereerd ter ondersteuning van toekomstige besluitvorming en konden innovatieve oplossingen worden getoond om de samenleving beter in staat te stellen het hoofd te bieden aan overstromingen. De belangrijkste resultaten van het project zijn te vinden op de website van de FRAMES Wiki.

De CATCH (Watergevoelige steden: het project Answer To CHallenges of extreme weather events (2016-2020) om het herontwerp van stedelijk waterbeheer van middelgrote steden in de Noordzeeregio te demonstreren en te versnellen. Het heeft die steden geholpen om klimaatbestendig te worden, duurzaam, leefbaar en winstgevend op de lange termijn. Het project testte stedelijke klimaatadaptatiemaatregelen in zeven proefsteden om het CATCH-besluitondersteunende instrument voor middelgrote steden te ontwikkelen. Het beslissingsondersteunende instrument bestaat uit een zelfbeoordelingscomponent en een aanpassingscycluscomponent. Het bevat ook voorbeelden en goede praktijken van steden die strategieën voor aanpassing aan de klimaatverandering hebben ontwikkeld.

Het BEGIN-project (Blue Green Infrastructures through Social Innovation, 2017-2020) was bedoeld om op geselecteerde locaties aan te tonen hoe steden met Blue Green Infrastructure de klimaatbestendigheid kunnen verbeteren. De aanpak omvatte het betrekken van belanghebbenden bij een op waarden gebaseerd besluitvormingsproces om de huidige belemmeringen voor de uitvoering ervan weg te nemen. De tien proefsteden laten via de reeks “Blauw-groene steden in de schijnwerpers” de vele voordelen van blauw-groene infrastructuur voor Europese steden zien. Die vele voordelen zijn onder meer een verminderd overstromingsrisico, een grotere biodiversiteit en een betere leefbaarheid.

Het project TOPSOIL (Top bodem en water – De klimaatuitdaging in de nabije ondergrond) (2015-2020) onderzocht de mogelijkheden om de bovengrondlagen te gebruiken om huidige en toekomstige wateruitdagingen in de Noordzeeregio op te lossen. Het project keek naar de grondwater- en bodemomstandigheden, voorspelde en vond oplossingen voor klimaatgerelateerde bedreigingen, zoals overstromingen tijdens natte perioden en droogte tijdens warmere seizoenen. De algemene doelstelling was de gezamenlijke ontwikkeling van methoden om de bovenste laag van de ondergrond te beschrijven en te beheren als een manier om de klimaatbestendigheid ervan te verbeteren. Het project toonde een praktische implementatie van oplossingen in 16 casestudy's.

De CANAPE (Creating A New Approach to Peatland Ecosystems, 2017-2022) heeft in vijf landen gewerkt aan het herstel en behoud van wetlands, met als doel de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en de totstandbrenging van een duurzame economie voor de bevolking van de Noordzeeregio te ondersteunen. Het project vernatte meer dan 90 ha veengebied en creëerde 3 experimentele Paludiculture Farms. Daarnaast omvatte het project het herstel van verschillende meren Na 5 jaar werk,  korte gids voor veenlandbouw.

Het SALFAR-project (Saline Farming - Innovative agriculture to protect the environment and stimulate economic growth, 2017-2022) had tot doel innovatieve methoden voor kustlandbouw in de Noordzeeregio te ontwikkelen door in elk partnerland veldlaboratoria op te zetten. In de veldlaboratoria deed een multidisciplinair team bestaande uit klimaatexperts, onderzoekers, opvoeders, boeren, ondernemers en beleidsmakers wetenschappelijk onderzoek naar de zouttolerantie van verschillende gewassen, demonstreerde alternatieve landbouwmethoden onder zoute omstandigheden en creëerde nieuwe zakelijke kansen voor boeren, voedselproducenten en ondernemers.

Het WaterCoG-project  (Water Co-Governance for Sustainable Ecosystems, 2016-2021) heeft tot doel aan te tonen dat de implementatie en integratie van verschillende kaders voor waterbeheer kan worden bereikt en tegelijkertijd sociale, economische en milieuvoordelen kan opleveren die momenteel niet worden gerealiseerd. De WaterCoG-toolkit en alle projectresultaten zijn beschikbaar op de Online Storymap en Tools Directory.

De resultaten van alle bovengenoemde projecten worden gekapitaliseerd in het C5a-project (Cluster voor aanpassing aan de klimaatverandering in de cloud aan de kust, 2019-2021). Het project erkende de dringende noodzaak van overstromingsbeheersbenaderingen in de Noordzeeregio om mensen veilig te houden, het milieu gezond te houden en economieën welvarend te maken. Het project was gericht op het ontwikkelen van een cloud-to-coast aanpak voor het beheer van overstromingsrisico's. De aanpak is gebaseerd op een vroeg beheer van overstromingen dat begint vanaf het moment dat de regen valt en voordat kustgebieden worden getroffen. De aanpak maximaliseert de waarde van investeringen in fysieke bescherming tegen overstromingen en bouwt veerkracht op in overstromingsgevoelige gebieden. De aanpak werd getest in zeven casestudy's van de Noordzeeregio.

Inspirerende Climate-ADAPT use cases
Ontdek hoe de kennis op deze pagina actoren op verschillende bestuursniveaus heeft geïnspireerd om oplossingen op maat te ontwikkelen in verschillende beleids- en praktijkcontexten.

Language preference detected

Do you want to see the page translated into ?

Exclusion of liability
This translation is generated by eTranslation, a machine translation tool provided by the European Commission.